Skip to content

Nieuwsbrief november 2021

Beste lezer,

Het is herfst, het jaar loopt ten einde. Hoog tijd om je te informeren over een aantal interessante projecten waaraan ik werk. Bij de gemeente Almere houd ik me als projectleider bezig met de start van een pilot rond een innovatief woonconcept voor kwetsbare jongeren en jongvolwassenen.

Verder geef ik je een update over het Ondersteuningsteam Wonen en Zorg en het nieuwe Expertteam Weer Thuis waar ik expert van ben. Gezien de actualiteit breng ik de publicatie “Doorstroming stimuleren van senioren op de woningmarkt” graag weer onder je aandacht.

Last but not least vind je in deze nieuwsbrief het zesde interview uit de reeks ‘De droom van’. Deze keer geeft Melanie Schmit, onder meer voorzitter en projectleider van het platform Housing First Nederland, haar visie op de kwaliteit van wonen, zorg en welzijn voor kwetsbare mensen.

Heb je vragen over een opdracht of artikel? Of wil je ergens meer informatie over? Laat het mij weten. Veel leesplezier!

Hartelijke groet,
Guido de Ruiter

Interviewreeks De droom van Melanie Schmit

Hoe kijken professionals en ervaringsdeskundigen aan tegen de toekomst van de kwaliteit van wonen, leven en zorg voor kwetsbare mensen? Wat zijn hun dromen en ideeën voor verbeteringen? En wat kunnen we van elkaar leren om de kwaliteit van leven van mensen die het niet helemaal alleen redden, te verbeteren?

Deze keer komen de antwoorden van Melanie Schmit, voorzitter en projectleider van het platform Housing First Nederland en tevens programmamanager Housing First bij LIMOR (Landelijke Instelling voor Maatschappelijke Ondersteuning en Rehabilitatie). Housing First staat voor een vorm van wonen met ambulante, intensieve begeleiding, bedoeld voor dakloze mensen met meervoudige problemen. De toewijzing van een woning vormt de start van een traject.

Je bent een vurig pleitbezorger van het gedachtengoed van Housing First. Hoe ben je daarmee in aanraking gekomen?
“Tijdens mijn jaren als begeleider in de maatschappelijk opvang deed ik ervaring op in het werken met dakloze mensen. Ik merkte al snel dat de manier waarop ik het begeleiden altijd had gezien, niet strookte met wat ik aantrof in de praktijk. Het viel mij op dat wanneer je dakloos raakt, dat anderen ineens over jou gaan beslissen. Op een gegeven moment ging dat knellen en besloot ik een opleiding tot manager te volgen om meer invloed te hebben. In twee doorstroomvoorzieningen heb ik als manager de regels de deur uitgedaan om cliënten weer als capabele volwassenen te behandelen. Dat gaf een tijdje voldoening, maar zo’n voorziening bleek toch een beperkend systeem te zijn. Van doorstroom was nauwelijks sprake.”

“Toen kwam het verzoek of ik het net gestarte Housing First-team in Den Haag wilde overnemen. Dat was liefde op het eerste gezicht. Mensen bij wie al het andere al was mislukt, kregen gewoon direct een woning. En wat mij bijzonder trof: hulpverleners en deelnemers gingen daar totaal anders met elkaar om. Ik zag een ontzettend warme relatie die gelijkwaardig was – met rust, tijd, aandacht en liefde.”

“Als je spreekt over liefde in zo’n professionele verhouding, klinkt dat misschien raar, maar zo ervoer ik het wel. En dat is ook de kracht van Housing First: je gaat van professionele afstand naar professionele nabijheid. Nu maak ik al tien jaar deel uit van de Housing First-familie en proberen we wereldwijd de olievlek uit te breiden. De helft van de week doe ik dat voor het platform Housing First Nederland, dat zich richt op belangenbehartiging, advisering, training, onderzoek en kennisuitwisseling.”

Wat is jouw droom om de kwaliteit van leven van kwetsbare mensen te verbeteren?
“Mijn droom is dat we het recht op wonen centraal stellen. Als eerste moeten we ervoor zorgen dat er voldoende, betaalbare huisvesting is. Vandaaruit ondersteunen we mensen richting herstel, gebaseerd op professionele nabijheid en gelijkwaardigheid. In mijn overtuiging – en vanuit mijn ervaring – is dat goed voor iedereen: voor de mensen waarover het gaat, voor de hulpverleners en voor de maatschappij.”

Steeds meer organisaties gaan met Housing First aan de slag. Hoe gaat zo’n organisatie om met de transitie van professionele afstand naar professionele nabijheid?
“Organisaties raken met name enthousiast over Housing First, omdat de resultaten zo goed zijn. We halen een 85% score en dat is megahoog, zeker wat deze groep betreft. Al snel kan een Housing First-team als een soort van start-up binnen een klassiekere organisatie aan de slag. Ze krijgen alle ruimte om het helemaal op hun eigen manier te doen, los van alle protocollen. Dan zie je zo’n team tot grote hoogte stijgen met goede resultaten.”

“Maar helaas komt er dan vaak een omslagpunt, waarop gemeente, zorgorganisatie en woningcorporatie alles meer willen reguleren. De gemeente wil van projectsubsidie over naar het generieke indiceringssysteem, de zorgorganisatie wil overal hetzelfde beleid voeren en de corporatie wil dezelfde zorgcontracten als met andere zorgpartijen. Dat is jammer, want Housing First werkt juist zo goed als je hulpverleners de ruimte en het vertrouwen geeft om dat modelgetrouw te doen.”

Je hebt het over een score van 85%. Werkt Housing First ook voor mensen met een ernstige psychiatrische of licht verstandelijke beperking? Immers, hoe je zo ook begeleidt, die beperking blijft.
“Bij Housing First richten we ons juist op de meest complexe groep. En ja, daarbinnen komen we ook mensen met een actieve verslaving, psychiatrische problemen of een licht verstandelijke beperking tegen. Dat is precies de groep die het vaak niet redt in opvangvoorzieningen, omdat ze onaangepast gedrag vertonen of omdat ze erg kwetsbaar zijn. Ik zeg daarom wel eens: als Housing First voor die groep werkt, dan werkt het voor bijna iedereen. Ik moet overigens wel realistisch zijn. Een 85% score is hoog, maar er is ook een groep die meerdere kansen nodig heeft.”

Aan Housing First hangt een prijskaartje. Hoe verkopen jullie dat aan wethouders van financiën die sowieso al zien dat er veel geld naar de zorg gaat?
“Niet iedereen heeft deze intensieve vorm van zorg nodig. Er zijn mensen met mindere problemen die nog niet dakloos zijn. En ook mensen die wel dakloos zijn maar met minder problemen. Die hoeven niet een heel Housing First-pakket te ontvangen. Tegelijkertijd nodig ik de wethouders graag uit om eens terug te rekenen hoeveel sommige mensen nu al niet gekost hebben.”

“Bij Housing First is in veel gevallen het aantal begeleidingsuren aan het eind nog maar minimaal. Als mensen zich niet goed voelen, moeten ze ons kunnen bellen. Dan ben je er weer op tijd bij. De langdurige betrokkenheid zorgt voor het duurzaam effect. Dat is altijd nog goedkoper dan dat continue terugkomen in de nachtopvang en al die instanties van justitie tot crisisdienst die ermee bezig gaan. Er zijn zoveel maatschappelijke kosten als iemand niet gehuisvest wordt. Dat weegt niet op tegen de kosten van Housing First.”

Stel, je zou drie maatregelen mogen nemen, in Nederland om de kwaliteit van leven van kwetsbare mensen en de ondersteuning aan hen te verbeteren. Welke zouden dat zijn?
“In de eerste plaats wil ik dan een landelijke bekostiging voor Housing First afspreken. En dan zou ik gaan voor een resultaatbekostiging: wij krijgen alle regelruimte en vrijheid, en de overheid krijgt de garantie dat bijvoorbeeld 75 van elke 100 mensen na één of twee jaar nog in hun woning wonen. Lukt dat, dan gaan we door met de volgende groep. Dat kunnen we direct invoeren. Een pilot is niet nodig, want we weten dat het werkt.”

“Ten tweede zou ik een groter aantal woningen toewijzen aan dakloze mensen. Dat is een politiek impopulair besluit, maar wachten op een woning met een dak boven je hoofd, vind ik echt iets anders dan erop wachten als je op straat of in de opvang woont.”

“Derde veranderpunt is dat we niet meer naar de situatie kijken als het falen van de persoon, maar als het falen van beleid. De manier waarop we met dakloze mensen omgaan, en het hele systeem en de hulpverlening daaromheen, zijn behoorlijk vernederend en doen afbreuk aan de eigenwaarde van mensen. Wij kijken altijd door de bril van ‘wat is er met je gebeurd?’ in plaats van ‘wat is er mis met je?’. Dat maakt zo’n wezenlijk verschil over hoe iemand zich voelt over zichzelf.”

Vraagt Housing First ook niet om een transformatie van de hulpverleners?
“Natuurlijk moeten ze anders gaan denken en werken, maar ik denk vooral dat het aan de randvoorwaarden ligt. Bij ons krijgen hulpverleners alle ruimte om het op hun eigen manier te doen. Dat is heel anders dan een situatie waarin ze maar één uur per week hebben en hun productie moeten halen. Daar gaat een verkeerd signaal vanuit.”

“Hulpverleners doen dit werk niet, omdat ze zo houden van regelgeving, protocollen, arrangementen en aanbestedingen. Geef ze de ruimte en het vertrouwen om het te doen zoals zij dat het liefste doen en op basis van wat zij goed achten. Door te overreguleren, krijgen ze te weinig ruimte voor vakmanschap.”

Housing First richt zich nu op daklozen. Zouden jullie ook een bijdrage kunnen leveren aan mensen die nu in een beschermd-wonen- of GGZ-setting wonen en daar ongelukkig zijn?
“Ik denk dat onze manier van werken sowieso goed werkt bij mensen die een vrij intensieve en flexibele vorm van ondersteuning nodig hebben. Dat zie je ook in Amsterdam waar ze de hele Housing First-filosofie tot stedelijk beleid hebben gemaakt. Mensen gaan daar bijvoorbeeld vanuit een intramurale setting in de wijk wonen.”

“De droom van ons platform is dat Nederland een land zonder dakloosheid wordt, waar iedereen een thuis heeft én de ondersteuning om dat te behouden. Ik zou dan ook heel graag zien dat Housing First overal wordt geïmplementeerd en steeds breder in het zorgdenken komt. Dus niet alleen voor de allerzwaarste groep. Wat dat betreft verspreiden we het Housing First-virus graag over andere vormen van hulpverlening.”

Opdracht uitgelicht: pilot innovatief woonconcept voor kwetsbare jongeren en jongvolwassenen in Almere

De gemeente Almere wil een pilot starten voor een innovatief woonconcept dat zich op kwetsbare jongeren en jongvolwassenen richt. Daarbij gaat het niet alleen om de woonvorm, maar ook om het oplossen van systeemhobbels in het sociale en fysieke domein daarachter. Ik ben hiervoor de projectleider/verkenner.

Gemeentelijke prioriteit
Aanleiding voor de ontwikkeling van het woonconcept is dat – zowel landelijk als binnen de gemeente – mensen streven naar een zo normaal mogelijke woon- en leefsituatie, ook als er behoefte is aan zorg en ondersteuning. Mede voortkomend uit het groeiend besef van de complexiteit van dit vraagstuk heeft Almere ‘wonen en zorg’ als gemeentelijke prioriteit benoemt. De opgave gaat dwars door het sociaal en fysieke domein en de daar geldende beleidskaders heen.

Er zijn meer nieuwe arrangementen voor wonen en ondersteunende voorzieningen nodig dan de stad tot nu toe biedt. Het gaat vooral om hybride- of tussenoplossingen, bij voorkeur in verbinding met de wijk. De grootste innovatie zit niet zozeer in het ontwerpen van de fysieke verschijningsvorm, maar juist in de aanpassingen van de systemen daarachter.

Systeeminnovatie en collectief eigenaarschap
De uitdagingen zijn op veel terreinen ingewikkeld en divers. Vaak helpt een ‘mono-aanpak’ (probleem –> oplossing), maar vaak ook niet of niet voldoende. Het systeem is dan eerder een belemmering dan een oplossing.

Het vernieuwende aspect in deze pilot zit enerzijds in het vormgeven van systeeminnovatie op het gebied van het concept en de financiering en anderzijds in het collectief eigenaarschap. Gemeente, woningcorporatie, zorgaanbieders en andere partijen zijn vanaf de start bij de ontwikkeling van de pilot betrokken.

Meer informatie?

  • Heb je vragen over deze pilot? Wil je meer over dit onderwerp weten? Neem dan contact met mij op.
  • Benieuwd naar mijn andere opdrachten? Bekijk het overzicht van alle opdrachten waaraan ik werk of gewerkt heb.

Nieuws van het Ondersteuningsteam Wonen en Zorg (OWZ) en Expertteam Weer Thuis (EWT)

Ondersteuningsteam Wonen en Zorg
Het Ondersteuningsteam Wonen en Zorg (OWZ) helpt gemeenten, corporaties en zorgaanbieders verder bij lokale vraagstukken op het gebied van wonen en zorg. Hoe kunnen ouderen bijvoorbeeld langer zelfstandig thuis blijven wonen? Het OWZ bestaat uit diverse experts, waar ik er een van ben. Sinds kort zijn diverse nieuwe experts toegevoegd waardoor het team op nog meer vragen een goede ondersteuning kan bieden. Meer informatie hierover vind je op de website van de RVO.

Digitale OWZ-instrumentenkoffer
De OWZ-experts maken bij hun ondersteuning gebruik van zelfontwikkelde methodieken. Dit ‘gereedschap’ stellen zij via het OWZ beschikbaar. Je kunt ook zelf aan de slag met deze digitale OWZ-instrumentenkoffer.

Afwegingskader voor woningcorporaties om particuliere woon-zorginitiatieven te beoordelen
Een van de nieuw ontwikkelde instrumenten is een afwegingskader voor woningcorporaties dat hen helpt particuliere woon-zorginitiatieven te beoordelen. Geregeld melden particuliere initiatieven zich bij een corporatie voor ondersteuning bij het ontwikkelen en exploiteren van een woonvorm. Denk bijvoorbeeld aan een ouderinitiatief of een initiatief waarbij meerdere mensen samen willen wonen. Ga je daarop in? Hoe ga je daarmee om? En welke afwegingen maak je?

Het OWZ heeft aan twee van zijn experts, Henk Nouws en mij, gevraagd om op basis van onze expertise en eerdere publicaties een kort afwegingskader te maken. Zo kan een woningcorporatie, maar ook een gemeente of de initiatiefnemer zelf, zich een eerste oordeel vormen over een particulier woonzorginitiatief. Je vindt het afwegingskader, net zoals andere instrumenten, op de website van de RVO.

Expertteam Weer Thuis
Ook van het Expertteam Weer Thuis (EWT) ben ik één van de experts. Het team helpt gemeenten, corporaties en zorgaanbieders bij lokale woon-zorgvraagstukken voor mensen met psychische problemen en/of problemen die hebben geleid tot dakloosheid. Het gaat daarbij om huisvesting met passende zorg en ondersteuning voor mensen die uitstromen uit de maatschappelijke opvang, de vrouwenopvang, beschermd wonen en GGZ-instellingen. Wil je meer informatie? Neem dan contact op met het Expertteam Weer Thuis.

Hoe stimuleer je senioren om door te stromen naar een geschiktere woning?

Begin dit jaar verscheen de publicatie Doorstroming stimuleren van senioren op de woningmarkt. Deze schreef ik samen met Bella Bluemink en Susan van Klaveren in opdracht van, en samen met, Platform31 in het kader van het innovatieprogramma Langer thuis in de inclusieve wijk. Omdat dit onderwerp nog steeds zeer actueel is, breng ik het graag nog een keer onder je aandacht.

Schaarste aan woningen
Door de toenemende druk op de woningmarkt liep het tekort aan woningen in 2020 op tot meer dan 300.000. Door ouderen te stimuleren door te stromen naar een woning die geschikt is om langer thuis te wonen, komen hun woningen vrij. Zo hebben starters en gezinnen meer kans op een passende woning en ontstaat er een evenwichtigere verdeling. De doorstroming kan een deel van de oplossing van het woningtekort zijn.

Verhuisdrempels wegnemen
Hoe zorg je ervoor dat ouderen die geen verhuiswens hebben, toch doorstromen naar een geschikte woning? Aan de hand van praktijkvoorbeelden draagt de publicatie mogelijkheden (interventies) aan om verhuisdrempels weg te nemen. Denk bijvoorbeeld aan het ontzorgen van senioren bij de verhuizing.

Interviews
Naast een analyse van de theorie en praktijkvoorbeelden staan in de publicatie ook interviews met tien mensen die bij corporaties, gemeenten en marktpartijen/overige instellingen werken. Hun belangrijkste aandachtspunten:

  • Lever maatwerk en ga uit van de doelgroep.
  • Betrek de mensen en huurdersorganisaties erbij. Daarmee creëer je draagvlak.
  • Zoek de meerwaarde van samenwerking/verbinding tussen corporatie, gemeente en marktpartijen. Alle partijen hebben met hetzelfde vraagstuk te maken.
  • Zorg dat de lokale opgave goed in beeld is en maak slim gebruik van beschikbare data.
  • En als laatste: ga er gewoon mee aan de slag. Leer en experimenteer!

Op de website van Platform31 vind je ook nog een artikel over deze publicatie. Wil je meer over dit onderwerp weten? Of heb je een vraag over de publicatie? Neem dan contact met mij op.

Subsidie voor ontmoetingsruimtes in ouderenhuisvesting

Willen ouderen in de toekomst ook goed wonen, dan is een groter, ander woningaanbod nodig. Steeds meer ouderen willen geclusterd wonen: in elkaars nabijheid omdat de mobiliteit afneemt, én met een mogelijkheid om elkaar te ontmoeten. De Rijksoverheid wil deze manier van wonen voor meer ouderen mogelijk maken. Daarom komt er een subsidieregeling voor de bouw van een ontmoetingsruimte in woonvormen voor ouderen.

De regeling geldt zowel voor nieuw als bestaand vastgoed en staat open voor woningcorporaties, marktpartijen, burgerinitiatieven en zorgaanbieders. De regeling gaat naar verwachting in december van start.

Op de website van het Ministerie van BZK vind je meer informatie.  

Kennis als inspiratie

Niets beter dan elkaar te inspireren. Daarom vind je hieronder meerdere interessante kennisitems. Heb je ook iets te delen? Laat het me weten en ik neem het graag in de volgende nieuwsbrief op.

Interessante links

Onderzoek “Beter een ‘goeie buur’ dan een verre vriend”
Pascale Rimmelzwaan, student aan de Universiteit Utrecht, heeft mij geïnterviewd voor haar kwalitatieve onderzoek naar hoe gemengde woonvormen kunnen bijdragen aan de stimulering van sociale cohesie binnen studentenhuizen en de sociale mobiliteit van jongeren afkomstig uit zorgtrajecten. Ik ben er trots op dat ze een aantal quotes van mij in haar scriptie “Beter een ‘goeie buur’ dan een verre vriend” heeft opgenomen. In de infographic vind je meer informatie over het onderzoek. Ook vind je daar de contactgegevens om de scriptie bij Pascale op te vragen.

Coöperatie VGZ: expertpanel denkt mee over toekomstbestendige ouderenzorg
VGZ heeft een panel van experts gevraagd mee te denken over toekomstbestendige ouderenzorg. De verwachting is namelijk dat in 2030 ruim 12% van de bevolking ouder is dan 75 jaar. Het rapport Toekomstbeelden van de ouderenzorg, dat enkele kamerleden in september kregen aangeboden, beschrijft voorstellen die ervoor moeten zorgen dat de professionele en informele zorg aan ouderen ook in 2030 gehandhaafd blijft.

Tweede Kamer: debat over de toekomst van ouderenhuisvesting
De website van Actiz meldt dat zorg- en woonkoepels met de overheid bestuurlijke afspraken hebben gemaakt over wonen- en zorgdoelstellingen tot en met 2040. Dit om toekomstige woningtekorten in de ouderenzorg te voorkomen. Naar aanleiding van deze afspraken vond in de Tweede Kamer op 6 juli een debat over ouderenhuisvesting plaats. Bij dit debat zijn verschillende moties over de toekomst van de ouderenhuisvesting aangenomen. Het bouwen van seniorenwoningen krijgt een hoge prioriteit.

Woonzorgvisie: urgentie van woonzorgopgave voor ouderen
De urgentie van de woonzorgopgave voor ouderen staat steeds hoger op de agenda van gemeenten. Dat concludeert de Taskforce Wonen en Zorg op basis van onderzoek door SiRM en Finance Ideas. Meer over het onderzoek en de manieren waarop ondersteuning kan worden aangevraagd, lees je op de website van de Taskforce. Het Ondersteuningsteam Wonen en Zorg waar ik expert van ben, is een van die manieren.

Ministerie VWS: derde voortgangsrapportage programma Langer Thuis
Om de ouderenzorg thuis te verbeteren, startte het ministerie van VWS een aantal jaren geleden het programma Langer Thuis. Dit programma loopt tot eind 2021. De derde en laatste voortgangsrapportage is via een kamerbrief naar de Tweede Kamer gestuurd. Bij de brief zitten interessante bijlagen zoals een evaluatie en een handige infographic over opgeleverde producten.

Taskforce Wonen en Zorg: handreiking voor een toekomstbestendige woonzorgvisie
In veel woonvisies van gemeenten is weinig aandacht voor wonen én zorg. Gezien de groeiende groep ouderen en bijvoorbeeld mensen die uitstromen uit beschermd wonen en maatschappelijke opvang, mag een degelijke analyse van de woonzorgopgave niet ontbreken. Met de Handreiking voor een toekomstbestendige woonzorgvisie krijgen gemeenten en hun partners tools aangereikt om gezamenlijk ambities te vertalen naar concrete prestatieafspraken over wonen, welzijn en zorg.

Ministerie van BZK: regeling huisvesting aandachtsgroepen
Het ministerie van BZK stelt een bedrag van € 50 miljoen beschikbaar om het woningaanbod voor dak- en thuislozen, arbeidsmigranten, statushouders, studenten, woonwagenbewoners en overige spoedzoekers te vergroten. Via de Regeling huisvesting aandachtsgroepen kunnen gemeenten uitkeringen aanvragen voor de huisvesting van deze aandachtsgroepen.

NZa: sectoroverstijgende betaaltitel Zvw-Wlz voor passende zorg
NZa heeft ruim 300 zorgprofessionals en beleidsmakers geconsulteerd om mee te denken over een sectoroverstijgende betaaltitel die de regionale samenwerking tussen zorgaanbieders, zorgkantoren en zorgverzekeraars uit verschillende domeinen faciliteert en stimuleert. Op de website van de NZa vind je meer informatie over de openbare consultatie.

NZa: hoe bekostig je innovatie en preventie in langdurige zorg?
Nza heeft een nieuwe informatiekaart uitgebracht die vooral voor zorgaanbieders en zorgkantoren interessant is. NZa laat zien hoe zij binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) de ruimte kunnen benutten om toekomstbestendige (preventieve) initiatieven te bekostigen.

Philadelphia: Inspiratieboek Community Building
Zorginstelling Philadelphia heeft het Inspiratieboek Community Building uitgebracht. Thema: hoe zorg je ervoor dat bewoners betrokken raken bij de buurt? Immers, wonen in een buurt leidt niet vanzelfsprekend tot inclusie. Met community building versterk, stimuleer en moedig je buurtverbindingen aan en leren buurtbewoners elkaar kennen en vertrouwen. Daardoor ontstaan diverse leuke activiteiten, groeit de onderlinge betrokkenheid en zorgt iedereen voor elkaar.

Staat van de Woningmarkt – jaarrapportage 2021
In de Staat van de Woningmarkt 2021 presenteert het ministerie van BZK de belangrijkste ontwikkelingen in de woningmarkt van het afgelopen jaar. De conclusies zijn niet verrassend. Het is lastig om aan een betaalbare woning te komen, zowel in de koop- als huursector. In de huursector zijn bijvoorbeeld wachtlijsten lang. In de koopsector stegen de huizenprijzen sterker dan ooit en is het aanbod historisch laag. Bijlage is het Nibud-onderzoek naar betaalbare huren bij verschillende huishoudtypen en specifieke inkomensgrenzen.